Inmiddels zijn we een paar weken
verder. De antibiotica die me werd voorgeschreven zorgde voor nogal wat
reacties. Hoofdzakelijk vermoeidheid. Mijn temperatuur stabiliseerde min of
meer en na een paar wat ongemakkelijke dagen verdwenen de klachten waar het
allemaal om draaide. Mijn huisarts liet nog wel mijn urine testen op allerlei
andere vormen van infecties en dergelijke. Er bleek uiteindelijk niets meer aan
de hand, al werden er nog wel wat residuen van de blaasontsteking aangetroffen en werd er bloed in mijn urine
gevonden. Vorig jaar was dit ook het geval en daarom is er besloten nog een
tijdje te wachten om te zien of de verschijnselen weer terug komen. Ik was wel
blij dat mijn huisarts uitgebreid de tijd voor me nam, en dat in het gesprek
allerlei randzaken van fysieke, maar ook van psychische aard aan de orde
kwamen.
Deze week was het helaas weer prijs.
Dezelfde verschijnselen als een maand geleden, urine die een kleur heeft die
niet te onderscheiden is van de kleur van een goed glas Bordeaux, temperaturen
die weer tussen de grenzen van het toelaatbare schommelen, en soms zelfs
daarbuiten, en de gebruikelijke vermoeidheidsverschijnselen duiken ook weer op.
Dus maar weer een afspraak gemaakt met de huisarts. Ik verwachtte dat het uit
zou draaien op doorbehandelen met antibiotica. Dat gebeurde ook, maar ik werd
ook gelijk doorverwezen naar de uroloog. Daar is besloten eerst de antibiotica
zijn werk te laten doen en vervolgens kijken welke weg verder te bewandelen.
Op dit moment zit ik dus aan de medicijnen,
die nog geen bal geholpen hebben. De klachten worden alleen maar erger.
Misschien verwacht ik te veel of ben ik te ongeduldig.
Gister stuitte ik bij toeval via de
berichtgeving van Hematon/Waldenström op een artikel dat handelt over een
onderzoek naar nierproblemen bij Waldenström.
Ik las over de verschijnselen en zag dat die één op één op die van mij
pasten. Het heeft te maken met te kleine witte bloedlichaampjes en onvoldoende
gedeelde rode bloedlichaampjes die kunnen voorkomen in een deel van het weefsel
van de nieren. Dit komt maar bij een klein deel van de patiënten voor. Even
verder in het artikel werd de wijze van behandelen besproken en de prognose. Ik
werd daar niet vrolijk van. Normaal gesproken beschouw ik altijd zoiets, zolang
het nog niet vast staat, als een vals alarm. Dat is ook nu zo, al merk ik dat
het me meer bezig houdt dan normaal. Ook de voortdurende
temperatuurswisselingen en vermoeidheid beginnen een negatieve invloed op mijn
gemoed te krijgen. Ik weet niet waarom, maar ik moest gelijk aan een liedje van
Joni Mitchell denken, dat helemaal niks te maken heeft met mijn gemoedstoestand
en het onderwerp, behalve het terugkerende “false alarm” dan. Ik beluister het
nu regelmatig en het stelt me wat meer op mijn gemak. Misschien komt het omdat
ik door het gevoel dat deze, in mijn ogen, godin, die ik beschouw als de beste
singer/songwriter die dit universum ooit heeft voortgebracht, bij mij
veroorzaakt, ik altijd bij de kern en het relatieve van mijn bestaan terecht
kom. Ik neem het maar even op in dit bericht.
Maandag zit ik bij mijn
hematoloog/oncoloog. Ik ben benieuwd hoe zij mijn gezondheid beoordeelt en of
mijn huidige klachten werkelijk gerelateerd zijn aan Waldenström. Afwachten dus
maar weer. Ik hoop dat er nu eens echt antwoorden komen waar ik verder mee kan.
Ondertussen blijf ik zo veel mogelijk
bezig en genieten van de dingen die nog gaan. Gister wezen golfen, morgen weer.
Het gaat wonderbaarlijk goed daarmee, en dat geeft een erg goed gevoel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten