zaterdag 30 juli 2016

Een vervelende wending.

Het is nu 30 juli, en in de afgelopen periode is er nogal wat met me gebeurd. Zaterdag 16 juli kreeg ik ’s nachts enorm last van mijn blaas. Het plassen ging totaal niet meer. Gevolg, de hele nacht niet slapen en op mijn kop gestaan van de pijn in mijn buik om tenslotte op zondagochtend om 7 uur op de eerst hulp van het ziekenhuis te belanden. Daar hebben twee artsen een poging gedaan om het plassen weer mogelijk te maken en eventuele stolsels weg te halen. Dat lukte gedeeltelijk. Besloten werd om me met pijnstillers naar huis te sturen omdat de volgende dag de operatie gepland stond en ik zo mijn spulletjes voor de opname bij elkaar kon zoeken. De maandag was ik al om half zeven in het ziekenhuis en dik een uur later lag ik op de operatietafel. Drie uurtjes later was alles achter de rug en lag ik al weer monter op mijn bed in een zaaltje met nog drie andere mensen. ’s Avonds kwam de uroloog langs en vond dat ik er goed doorheen gekomen was. De tumoren zijn verwijderd, maar…. er was ook iets anders ontdekt. Vanuit één van de urinewegen vanaf de nieren kwam bloed. Dat zou nog onderzocht moeten worden. De dag was verder één groot drama: blaasspoelingen, wat een hel, gedurende de hele dag en aan het eind nog even een chemospoeling. Gelukkig komt aan zoiets ook weer een eind.
De volgende ochtend kreeg ik van de uroloog te horen dat ik naar huis mocht. Ik belde mijn zoon, die me in het begin wat zou helpen. Toen ik weer terug kwam op mijn kamer kreeg ik van de verpleegkundige te horen dat er toch besloten is dat ik nog een nacht extra zou moeten blijven, aangezien mijn nierfuncties niet oké bleken te zijn. Dat was wel even balen. Maar goed, het is niet anders. De volgende dag bleek dat de nierfuncties in plaats van verbeterd, verslechterd waren. Op deze manier kon ik niet naar huis. Besloten werd om nog één nacht te wachten om te zien of er spontaan herstel zou optreden, anders zou een ingreep noodzakelijk zijn. Ook bleek mijn HB enorm te zijn gezakt. Maar ja wat wil je, vanaf eind april permanent hematurie. De ochtend erna bleek dat er geen verbetering, maar verslechtering was, en dus werd er besloten om diezelfde ochtend nog via een operatie onder plaatselijke verdoving stents in de urinewegen tussen nieren en blaas te plaatsen. Na een kwartiertje kwam de uroloog met de mededeling dat hij ging stoppen. Plaatsing op deze manier was niet mogelijk gebleken. Ik kreeg te horen dat dezelfde dag nog, onder narcose, deze ingreep nog eens te wagen. Om vijf uur was ik aan de beurt. Er was ook  geconstateerd dat mijn HB bleef zakken, zodat een bloedtransfusie noodzakelijk was. Aan het eind van de dag was ik aan de beurt, en kwam ik na de operatie ook aan de bloedtransfusie. Op de uitslaapkamer ging het een beetje mis met me. Ik kreeg last van blaaskrampen. De anesthesist besloot om morfine toe te dienen, maar de blaaskrampen bleven terugkomen en  werd er besloten een meer specifieke medicatie toe te dienen. Dat hielp gelukkig.
De volgende dag kreeg ik te horen dat het plaatsen van de stents maar bij één nier was gelukt. Besloten werd om af te wachten of de nierfunctie nu zou verbeteren. Dat gebeurde helaas niet. Het werd alleen maar slechter. Op zondagavond kreeg ik te horen dat het kreatinine in mijn bloed meer dan tien keer de maximale waarde had overstegen en werd besloten om de volgende dag weer te gaan opereren, om een ander soort stent in te brengen. Maandagavond om zeven uur was ik aan de beurt. Ik had te horen gekregen dat als deze poging ook niet zou lukken men mij tijdens de operatie om zou draaien en via de rug een stent in te brengen. Dezelfde avond kreeg ik te horen dat het via de rug gelukt was. Op dinsdag bleek dat het kreatininegehalte gezakt was. Ook mijn HB begon weer lichtjes te stijgen. Nu afwachten of dit zich dit zou doorzetten. Ik moest daarom de rest van de week in het ziekenhuis blijven om de zaak in de gaten te houden. Vandaag was het zo ver dat men het verantwoord vond om mij naar huis te laten gaan, mits er verzorging zou zijn. Mijn zoon is daarom bij mij voor een tijdje. Het zal nog een aantal weken duren voordat het keatinegehalte weer op normaal nivo is en ook zal mijn bloedarmoede dan waarschijnlijk wat afgezakt zijn.
Volgende week volgen de volgende onderzoeken naar mijn nieren en wordt er ook gesproken over het verdere behandelplan van de blaaskanker.
Ik ben wel blij weer thuis te zijn, al weet ik dat de volgende opname waarschijnlijk al weer voor de deur staat. Nu even een paar dagen volledige rust. De drie keer narcose heeft er behoorlijk ingehakt. Gelukkig is de pijn niet constant en goed onder controle te houden met medicatie.

Tsja, zo ga je het ziekenhuis in met de verwachting één of hooguit twee nachtjes te moeten blijven, en is de realiteit dat het bijna twee weken werden, en dat het eind nog lang niet in zicht is. Volgende keer meer.

maandag 11 juli 2016

Op naar de operatie.

De week die volgde op de ct-scan was niet de prettigste week van mijn leven. Mijn darmen waren dusdanig van streek, dat voedsel er de eerste dagen via de ingang, er ook via dezelfde weg weer uitging. Gelukkig ging dat na een week weer over. Het zorgde jammer genoeg wel voor een enorm slap gevoel. Ik heb dan ook nagenoeg de hele periode horizontaal doorgebracht. Wat vervelender is, is dat de hematurie maar niet stopt en dat de bijbehorende bloedarmoede steeds erger wordt.
Woensdag moest ik naar het ziekenhuis om verschillende zaken af te handelen die standaard zijn bij een operatie. Op een te laag HB na is alles oké. De hematurie is wel aanleiding om de geplande operatie wat eerder uit te voeren. Ik ben daar wel blij om. Omdat de operatie naar voor is geschoven word ik wel geopereerd door een andere uroloog. Ik had daar geen bezwaar tegen. Deze uroloog had mij vorig jaar ook al in behandeling, en toen had ik er wel vertrouwen in. Dus een positief gevoel. Nog even een weekje me door de vervelende gevolgen van de hematurie heen worstelen, de operatie, en dan weer op naar een min of meer normaal leven. Vanaf afgelopen woensdag begin ik trouwens wel meer pijn te krijgen met behoorlijke uitschieters, en daar baal ik wel wat van.

Wat heel goed voelt is dat er een groepje mensen ontstaat, dat zich om je bekommert en hulp biedt waar dat nodig is. Voorlopig is die hulp nog niet zo nodig, maar het is een prettig idee dat er, indien nodig, hulp beschikbaar is.